De hond op reis

Wilt u uw hond mee op vakantie nemen, dan moet u voordien goed overieggen of u bereid bent, uw vakantie aan de behoeften van de hond aan te passen. Vermoeiende autoritten, urenlang wachten in de hotelkamer of het liggen in de felle zon op het strand (vooropgesteld, dat honden daar worden toegelaten!) zijn dingen die men een hond vrijwel niet kan aandoen. Het is beter, de hond achter te laten bij vrienden die hij kent. Wen hem er -roeg aan zich bij vreemden fatsoenlijk te gedragen. Honden die uitsluitend op één gezin zijn ingesteld, veroorzaken grote problemen, ook al hoeven zij maar korte tijd van u gescheiden te zijn. Niet overal kunt u uw hond meebrengen (b.v. in het ziekenhuis!). Tegenwoordig zijn er veel gerieflijke hondenpensions, waar uw viervoeter uitstekend verzorgd wordt. Desalniettemin heb ik enige honden meegemaakt, die volkomen van streek terug kwamen.

l ndien u de hond meeneemt, informeer dan minstens 6 weken van te voren bij de desbetreffende Dienst naar de gezondheidsvoorschriften voor de landen waar u heen- of doorheen denkt te reizen. Meestal is een inenting tegen hondsdolheid nodig, die niet recenter dan 4 weken en niet ouder dan 1 jaar mag zijn. Vraagt u ook een schriftelijke bevestiging, dat uw hond in uw vakantieoord welkom is.

Bij het reizen per auto moet u dikwijls stoppen om de hond gelegenheid te geven wat beweging te nemen en zijn behoeften te doen. Geef hem herhaaldelijk fris water, dat u in een thermosfles meeneemt. Als reisproviand is droogvoer uitstekend geschikt.

Moet de hond korte tijd in -de auto achterblijven, dan dient er absoluut op te worden gelet dat ten minste een raampje op een kier wordt opengelaten en dat de wagen in de schaduw staat. Honden hebben behoefte aan veel zuurstof. Helaas komt het steeds weer voor., dat zij in een gesloten auto stikken. Ook met een open raam kan de temperatuur in korte tijd sterk oplopen, hetgeen na een kwartier ernstige gevolgen voor de hond kan hebben. Als een hond niet aan het autorijden gewend raakt, vraagt u dan aan de dierenarts een middel tegen wagenziekte.

Vanzelfsprekend neemt u altijd het etensbakje, het speelgoed en het eigen dekentje van de hond mee op reis.

Op reizen met de trein kunnen honden, mits zij de medereizigers niet hinderen, meegenomen worden in de coupé; anders moeten honden in de bagagewagen worden vervoerd. In het vliegtuig kunnen kleine honden in de reizigers-cabine reizen, voor grote honden zijn er speciale hokken in de goederenafdeling. Moet een hond per vliegtuig worden verzonden, dan dient hiervoor in ieder geval tijdig te worden geboekt.