Halsband en lijn
De kortharige rassen zijn wat de halsband betreft ongecompliceerd. Alles wat
de baas aanstaat, vinden zij goed. Langharige rassen stellen ons echter voor
problemen. Tot de fraaie verschijning van de Collie, de Sheltie, de Beardie en
de Bobtail behoort nu eenmaal een volle (indien aanwezig) hagelwitte kraag. Door
onjuiste halsbanden vuilgemaakte of kaalgewreven halskragen dragen niet bij tot
het mooie uiterlijk van de hond.
Pups en jonge honden moeten, voordat zij hebben geleerd te gehoorzamen, steeds
volkomen vast aan de lijn worden gehouden. Zij mogen zich niet uit de halsband
kunnen losrukken. Ik raad tentoonstellingslijnen van nylon of leer aan, die uit
één stuk zijn gemaakt en die men om de nek op de gewenste maat kan stellen. Zij
hebben evenwel het nadeel, dat de pup ze gauw kapot bijt. Zij zijn dus niet
geschikt om hem er ergens mee vast te binden.
Eenvoudige halskettingen zijn goed. De schakels moeten zo wijd zijn, dat men
daaraan, om dichttrekken te voorkomen, de lijn met de musketon kan aanhaken.
Deze kettingen 'groeien' mee. Maar zij zijn slechts aan te raden als de hond
overdag zonder halsband vrij kan lopen en uitsluitend af en toe wordt aangelijnd.
Gaat u veel met de hond wandelen en trekt hij aan de lijn, dan raken de haren
tussen de schakels van de halsband en worden afgerukt. Al gauw heeft de hond een
lelijke kale ring om de hals.
Voor rondgenaaide lederen strophalsbanden moet men meer geld neertellen. Zij
kunnen slechts weinig worden versteld en dienen daarom pas te worden aangeschaft
als de hond bijna volwassen is. Zij sparen het haar heel goed. Ideaal vind ik de
strophalsbanden uit nylon, waarbij passende lijnen zijn te krijgen. Ook als de
hond ze dagelijks draagt, slijt het haar niet af. Zij zijn wasbaar en zien er
altijd netjes uit. Ook voor sterke honden zijn zij zeer geschikt.
Prikbanden zijn niet aan te bevelen. Zou het temperament van uw Collie of
Bobtail in zodanige mate ongebreideld zijn, dat zo'n halsband aangewezen is, dan
moet u hem enkel en alleen tijdens de oefeningen gebruiken. Na een paar
oefeningen weet uw hond al waar het op aan komt. Voor zo'n korte tijd kunt u het
best een dergelijke halsband te leen zien te krijgen.
Na het tentoonstellingslijntje koopt men voor de jonge hond een ketting met
leren handvat om vast te houden. De hond kan deze niet doorbijten en is altijd
veilig aangelijnd. Bij de opleiding is het raadzaam een 2 m lange, dubbele riem
van leer te gebruiken, met aan ieder uiteinde een musketon. Heeft de hond zijn
opvoeding eenmaal bevredigend afgesloten, dan heeft men de fijn zelden meer
nodig. Dan is de reeds eerder genoemde nylon lijn voldoende, of een lichte lijn
van leder, die men makkelijk in de zak kan steken.
Bij het opvoeden heeft de halskraag van de hond tijdelijk te lijden. Als u uw
hond echter niet leert, al of niet aan de lijn vlak naast u te lopen, moet u
genoegen nemen met de weinig fraaie aanblik die een kale halskraag biedt.